zaterdag 16 september

Zaterdag 16 september 1944




Ten Aard , het voormalig bruggenhoofd .  Foto genomen vanop de zuidelijke oever , met zicht naar het noorden .  Aan de overkant de hoofdstraat , nu de Vaartstraat .  Hier vond de hoofdoversteek plaats van de Schotten tijdens deze dramatische slag .  Vruchteloos trachtte de genie , tussen 14 en 21 SEPTEMBER , een vaste brug te leggen , tevergeefs...  Foto ©  CVK , 13 april 2008 .




Mol - Donk


In de vroege dageraad , om 04:00 uur , begon het 2nd Bn Gordon Highlanders aan hun geplande oversteek van het Kempisch kanaal te Mol - Donk , een kleine 10-tal kilometer (in vogelvlucht) meer oostelijk van Ten Aard .  Ook hier was de verhoogde wegbrug over het kanaal door de Duitsers vernield .  Al snel begonnen de problemen zich hier ook op te stapelen .  Het bataljon was nog niet volledig op de noordelijke oever of ze werden al aan de grond genageld door intens en wel gericht machinegeweervuur .  Na enkele uren van onbesliste gevechten , was het hier ook duidelijk dat de overtocht mislukt was...


Met instemming van de divisiebevelhebber , Major C. M. Barber , gelastte de bevelhebber van de 227th (Highland) Infantry Brigade , Brigadier E. C. Colville , de hele operatie af .  Beide heren dachten nog aan een nieuwe oversteekpoging nu weer meer westelijk , naar Ten Aard toe , met als inzet het 10th Bn Highland Light Infantry .

's Namiddags trokken dan de Gordon Highlanders en de Highland Light Infantry weg uit Mol - Donk , en lieten het patrouilleren van de zuideroever aldaar over aan het 2nd Bn Argyll en Sutherland Highlanders .  Alle drie bataljons waren dus ingedeeld bij  227th (Hoghland) Infantry Brigade .

Langs Mol trok het 10th Bn Highland Light Infantry naar een nieuw concentratiegebied ten noord-oosten van Geel , waar de manschappen anderhalve dag zouden doorbrengen met het uitvoeren van verkenningen en het bepalen van een nieuwe oversteekplaats ten oosten van het bruggenhoofd van Ten Aard .  Deze afzonderlijke overtocht zou echter nooit plaatsvinden .


Ten Aard...


De afgelopen nacht was het weer een heksenketel geweest...  De omgeving van de oversteekplaats ter hoogte van de zwaaikom had onder zwaar en intens granaatvuur gelegen .  Die morgen was een uitbraak gepland uit het Aardse bruggenhoofd .  Het zou een gezamelijke aanval worden om het bruggenhoofd te verbreden naar links zowel naar rechts .  Het 6th Bn Royal Scots Fusiliers zou rechts van de hoofdstraat een uitbraak wagen en het 6th Bn King's Own Scottish Borderers links van de hoofdstraat .  Het 2nd Bn Glasgow Highlanders die zich de dag voordien nog afwachtend hadden opgesteld op de zuidelijke oever , langs de baan van Geel naar Turnhout (Dokter van de Perrestraat) , zou dan ook oversteken en onmiddellijk langs het midden doorbreken naar het noorden , naar de Netebrug , langs de Turnhoutseweg , richting Kasterlee .  De afstand die de Glasgow Highlanders zouden moeten overbruggen bedroeg vanaf de noordelijke kanaaloever , aan de zwaaikom , tot aan de Netebrug , wel bepaald 2200 meter in vogelvlucht . 


Maar ook nu weer staken de Duitsers stokken in de wielen , alsof ze onraad hadden geroken...  En voor de aanval kon plaats vinden , gingen de Duitsers zélf in de tegenaanval en trachtten door te breken aan het wegenkruispunt aan de kerk (Turnhoutseweg - Aardseweg) .

 

De tegenaanval op de Royal Scots Fusiliers was zo hevig dat deze hun vertreklijn niet meer konden bereiken .  De King's Own Scottish Borderers rapporteerden dat ze onder hevig granaatvuur lagen en nauw ingesloten belaagd werden door vijandelijk geweervuur .  Onder dergelijke omstandigheden was er geen denken aan om het plan van de 44th (Lowland) Infantry Brigade tot uitvoering te brengen , de zoveelste geplande uitbraak uit het bruggenhoofd...


De gevechten duurden de ganse dag en heel de tijd door steeg het waterpeil .  De stellingen van de Royal Scots Fusiliers , zuid-oostelijk van Ten Aard , lagen heel wat lager dan de noordelijke oever , en om 16:00 uur stond het water met de dijk gelijk .  De stellingen werden overstroomd...  Op dat kritieke ogenblik kwam een einde aan het stijgen van het waterpeil .  Maar 't was op het randje af geweest . 


Ondanks afwisselend granaatvuur op de omgeving van de oversteekplaats waren de meest essentiële voertuigen uiteindelijk toch over het kanaal geloodst .  Het transport aan deze oversteek bestond nu hoofdzakelijk uit het afvoeren van gewonden en krijgsgevangenen en het overbrengen van rantsoenen en munitie .  Hiervoor had Major Wood een vlot gebouwd bestaande uit een zestal aanvalsboten , bemand met geniesoldaten die zich hadden ingegegraven in beide oevers .  Aan het vlot was een kabel gespannen over het kanaal .  De passagiers trokken zich dus zelf over het kanaal langs deze kabel .


Nog maar eens een tegenaanval... Er bleek geen einde te komen aan al dit geweld op Ten Aard .  Elke aanval werd afgestraft met een tegenaanval...  Rond 20:00 uur was het nog maar eens van dat... de Duitsers zette een tegenaanval in van bataljonssterkte tegen het Schotse bruggenhoofd .  De aanval werd gelanceerd vanuit het noord-oosten .  Eerst viseerde de vijand de Royal Scots Fusiliers in het "Rood Huis" , wat staat voor "commandopost" .  Dan breidden ze hun druk uit over de hele oostkant , de rechterkant van het bruggenhoofd .  Volgens de Schotten zette de vijand deze aanval door "met de grootste moed" maar de Schotse infanterie wist de eerste aanvalsgolven op te vangen , en de vijand op afstand te houden terwijl kun kameraden artilleristen , ten zuiden van het kanaal , de Duitse artillerie flink van antwoord gaf .  Na een uur van zware gevechten werden de Duitsers teruggeslagen met zeer zware verliezen...  Daarom richtte de vijand zijn pijlen nu op de westkant , de linkerkant van het bruggenhoofd .  De Britse artillerie volgde echter deze beweging en gaven de Duitsers nóg een afstraffing van jewelste terwijl deze zich nog aan het groeperen waren...  Het vuur werd geleid door een onverschrokken groep artilleriewaarnemers die vanuit hun hoge uitkijkposten in de fabrieksgebouwen van de "Bloemmolens" , op de noordelijke oever , onafgebroken vijandelijke bewegingen en posities doorgaven , aan de artillerie op de zuidelijke kant van het kanaal .  Dit was een levensgevaarlijke bedoening vermits deze waarnemers blootstonden aan een ononderbroken regen van vijandelijke snelvuurgranaten . 


Ondertussen waren de jongens van het 8th Bn Royal Scots , die als eersten op 14 september het kanaal waren overgestoken , geslonken tot een schaduwbataljon...  Brigadier J. C. Cockburn , commandant van de 44th Lowland Infantry Brigade , besloot die nacht de restanten van het bataljon uit het bruggenhoofd terug te trekken .  Maar de gebeurtenissen in het bruggenhoofd volgden elkaar zo snel op dat de drie bataljonscommandanten van respectievelijk de Royal Scots , Royal Scots Fusiliers , en de King's Own Scottish Borderers , in gezamelijk overleg hadden besloten om het 8th Bn Royal Scots ter plaatse te laten...


En... ze bleven .  Eens te meer concentreerden de Duitsers die nacht hun geschut van divers kaliber op het bruggenhoofd . 


















De elektriciteitscabine in de hoofdstraat (Vaartstraat)...  Dit bakstenen gebouw draagt nog steeds uiterlijke littekens van deze slag .  De impact van gloeiend rondvliegend metaal van inslaande granaten , mortieren en kogels hebben duidelijk hun verwoestend effect niet gemist .  Foto's ©  CVK , 13 april 2008 .




Meldingen uit het Duitse Kriegstagebuch :


16.09.1944


13.10 Uhr :  Anruf Oberstleutnant Schuster Ia der 85. I.D. , dass der Angriff des Batl. Wimmer nicht mehr weiter vorwärts kommt , dass im Gegenteil der Engländer zu Gegenstössen angetreten ist und der augenblickliche Stand im Abschnitt des Btl. Wimmer so ist wie vor 24 Stunden .


16.25 Uhr :  Gespräch Kom.- General mit Generalleutnant Chill .  Generalleutnant Chill meldet über die Lage im Brückenkopf Aart , dass ein weiteres Vordringen des Batl. Wimmer nicht mehr möglich sei , dass nummehr der Befehl gegeben sei , den nördlich des Kanals befindlichen Engländer abzuriegeln .  Um Kräften zu sparen , hat sich der rechte Flügel des II./Fsch. Jg. Rgt. 1 nach Westen abgesetzt , um dadurch noch 1 Kp. freizubekommen .  Die Resteile des II. und III./Gren. Rgt. 723 stehen in einer Riegelstellung nördlich von Casterle , desgleichen 2 Kpn. des III./Fsch. Ers. und Ausb. Rgt. H. Gö. , die aus Rekruten bestehen .  Generalleutnant Chill meldet , dass es ihm gelückt sei , mit 12 Bttr. das Feuer auf den Brückenkopf von Aart zu lenken und dadurch ein weiteres Vorgehen des Engländers zu verhindern .

Absicht des Generals Chill :

Abriegeln der in Aart befindlichen Engländer und durch Artillerie - Feuer und durch Stosstrupp-unternehmungen dauernd zu beschäftigen .  Generalleutnant Chill meldet , dass die Kräfte des Btl. Wimmer durch Verluste derart zermürbt sind , dass ein längeres Halten als 48 Stunden nicht möglich sei .  Er fragt an , ob er die vom Oberbefehlshaber Generaloberst Student , zugesagten Ersatzkräfte bekommen könnte .


22.00 Uhr :  Anruf Generalleutnant Chill , der meldete , dass mit Stossgruppen wesentliche Teile des Brückenkopfes bei Aart bereinigt wurden .  Der Feind sitzt jedoch noch in der Kirche und in der Betonfabrik .  Nach Meldung von der B - Stelle ist dem Feinde keinerlei Brückenschlag gelungen .  Gegner benutzt eine kleine , mit Drahtseilen hun und her gezogene Fähre , auf der er kleine Fahrzeuge für die in der Fabrik befindlichen Kräfte herüberbefördert .  Generalleutnant Chill hat die Hoffnung , dass es ihm glückt , den Brückenkopf noch weiter zu bereinigen .  Er weist jedoch darauf hin , dass das Btl. Wimmer stark angegriffen ist , und dass ein erneuter Angriff frischer Kräfte wahrscheinlich nicht abgeschlagen werden kann .  Ferner bittet er um Einsatz von Fliegern gegen die Brückenstelle .


Tagesmeldung vom 16.9.44 .  (Durchgegeben 20.50 Uhr)


a)  Abschnitt Kampfgruppe Chill :  (85. I.D.)


Wechselvolle Kämpfe um Brückenkopf Aart halten an .  15. schottische I.D. kämpft zäh und verbissen .  Beseitigung des Brückenkopfes nur mit guter kampferprobter Trüppe möglich .  Auf Feindseite mindestens 2 le. und 1 s. Art.- Abt.  Feindliches Art.- Feuer wurde schwächer , Munitionsmangel angenommen .

Gegen 09.00 Uhr fdl. Stosstrupp in Stärke von 30 Mann an Schleusse 3 km südwestlich Desschel abgewiesen .

Eigenes zusammengefasstes Art.- Feuer auf Stellung und Bereitstellungsraum im Brückenkopf Aart .  Verluste auf beiden Seiten schwer .  Zuführung von Reserven erforderlich , da Feind neue Kräfte zur Erweiterung des Brückenkopfes zuführen wird .


h)  Beurteilung der Lage :


Die Beurteilung der Lage vom 14. und 15.9.44 wird aufrecht erhalten .

Angriffe des Feindes scheinbar noch verzögert infolge der Rückschläge , die er am Brückenkopf Aart erhalten hat ; hier hat die Kampfgruppe Chill (85. I.D.) durch immer wieder vorgeführte Angriffe , die zum Teil bis zum Kanal führten , einen Brückenschlag des Feindes bisher verhindern können .

Das dort eingesetzte I./Fsch. Ers. und Ausb. Rgt. H. Gö. (Btl. Wimmer) ist jedoch durch die Kämpfe der letzten 48 Stunden stark angeschlagen , viele Führer und Unterführer sind ausgefallen .  Die jungen Rekruten des Btl. sind für weitere Angriffsunternehmungen nicht mehr geeignet .

Die südich Casterle stehenden , von den Kämpfen im Brückenkopf Beeringen angeschlagenen schwachen Teile des II. und III./Gren. Rgt. 723 bilden nördl. des I./Fsch. Ers. und Ausb. Rgt. H. Gö. einen zweiten Riegel , um etwa durchbrechenden Feind aufzufangen .

Es kommt jetzt darauf an , die Ausdehnung des Brückenkopfes bei Aart sowie einen Brückenschlag über den Kanal solange wie möglich zu verhindern .

Das Generalkommando glaubt , dass der Grossangriff einsetzt , sobald es den Engländer gelungen ist , stärkere Panzerkräfte auf das Nordufer des Kanals zu bringen .  Infolgedessen hat Kampfgruppe Chill (85. I.D.) Befehl , weitere Ausdehnung des Brückenkopfes und Brückenschlag über den Kanal zu verhindern .

Hierzu abriegeln und verteidigen mit Stosstruppunternehmen gegen die fdl. Stellungen sowie Zusammenfassung der gesamten Artillerie (12 Batterien) auf den Brückenkopf und etwaige Brückenstellen .

Auf die Schwierigkeiten in der Munitionierung der Artillerie ist heute bereits in einem Sonderschreiben hingewiesen worden .  Der Mun.- Nachschub für s. F. H. 414 (f) muss aus der Küstenverteidigung des ndl. Raumes herausgezogen werden .  Wenn dieser Vorrat erschöpft ist , stockt vermutlich der ganze Nachschub an dieser Munition wegen Ausfalls der franz. Fabrikation .





Vorige dag                    Volgende dag





Terug





 
















Geel - Ten Aard