Battle for the locks
Een website van Verbroedering Vaderlandslievende Groeperingen Mol
MOL-Gompel
Doorheen dit relatief klein gehucht doorkruiste het kanaal Dessel-Kwaadmechelen.
In de jaren 20 werd het glasfabriek en de bijhorende tuinwijk gebouwd. Een prachtig Casino moest de hogere kaderleden van het fabriek ontvangen.
Aan het kanaal werden geen bunkers gebouwd. De Molse Kanalendriehoek (gevormd door de Kempische Kanalen) maakte deel uit van de Vooruitgeschoven Stelling en lag voor dit kanaal. Er moest dus geen stelling worden uitgebouwd, maar cruciale plaatsen als bruggen werden wel bewaakt. In Gompel was er zowel een spoorweg als een gewone brug.
Vanaf de afkondiging van de mobilisatie bewaakten Belgische militairen de bruggen en werden ze van explosieven voorzien. Tot maart 1940 werden ze door het 3de Peloton Fuseliers van het Wielrijderseskadron, 7de Infanteriedivisie bewaakt. Zij werden afgelost door het 6de Wielrijderseskadron. Aan de brug, ter hoogte van het café De Ster, werd een C47 kanon geplaatst.
10 mei 1940
De eerste Duitse verkenners werden reeds in de vroege ochtend gespot. Zij gingen het Casino binnen om er buit te slaan.
In de loop van de dag werden beide bruggen door de Belgische Genie opgeblazen. Een nabijgelegen vrachtschip kwam daardoor tot zinken. Zoals voorzien trokken de eenheden zich vervolgens achter het Albertkanaal terug.
11 mei 1940
In een poging om de schermutselingen aan de Vooruitgeschoven Stelling (nabij Dessel en Retie) te omzeilen, werd een aanval richting Mol-Gompel ingezet. Ter hoogte van Mol gebeurde dit door het Duitse 30ste en het 19de Infanterie Regiment van het 18de Leger.
De bruggen waren opgeblazen, maar dat kon hun doortocht niet belemmeren. Door planken op het gezonken vrachtschip te plaatsen konden ze een noodbrug aanleggen. Zo was het zelfs mogelijk om met antitankwapens richting Mol-Centrum te trekken.
Het 18de Regiment Dragonders Portes (Fr) kreeg het bevel ten noorden van het Albertkanaal te gaan.
Op een front van 10 kilometer wou men de vijand terugdrijven en de verbindingswegen met de kanalen Dessel-Schoten en Bocholt-Herentals in handen nemen. Zo kon men een weg naar het Albertkanaal openhouden. Mol was daarbij de sleutelpositie en moest in geallieerde handen blijven.
Aangezien de Belgische Genie alle bruggen had laten springen, moest er eerst een noodbrug worden aangelegd. Dit gebeurde over het kanaal Bocholt-Herentals ter hoogte van de site van het SCK. De Franse tankeenheid verloor een ganse dag, terwijl het Duitse leger haar positie in Gompel kon versterken en uitbouwen.
13 mei 1940
Lionel Mondon was een Frans Brigadier-Chef, hij kreeg de opdracht om vanuit het centrum van Mol naar Gompel te rijden.
In de vroege ochtend nam hij de leiding en reed hij voorop richting Mol-Gompel.
Met zijn tank (type Hotchkiss H35) bevond hij zich op de Gompelbaan richting Wezel toen hij geconfronteerd werd met een Duitse anti-tankeenheid. Zijn tank werd van zeer dichtbij onder vuur genomen. De tankkoepel werd geperforeerd en Lionel was op slag dood. De bestuurder van de tank, genaamd Peltier, maakte hierop rechtsomkeer en reed terug naar de commandopost aan de Markt van Mol.
Om 07.00 uur werd de dood van Lionel vastgesteld, hij was het eerste dodelijke slachtoffer in zijn eenheid.
In de namiddag werd een laatste korte verkenning richting Gompel uitgevoerd, maar daarna trokken ook de Fransen zich achter het Albertkanaal terug.
Lionel Mondon was, net als veel van zijn generatiegenoten, een zogenaamd kind van de Grote Oorlog.
Zijn vader was Onder-Luitenant en sneuvelde in 1917. Lionel was toen 5 jaar jong.
Op 6 maart 1912 werd Lionel geboren in Nogent-sur-seine (Aube) in Frankrijk. Later studeerde hij kunst en in 1938 trouwde hij met Edith Suzanne Chéroux. Zij kregen geen kinderen.
Het lichaam van Lionel werd door zijn strijdmakkers meegenomen en tijdelijk begraven in Ranst. Na de oorlog werd hij naar Frankrijk overgebracht en in het familiegraf bijgelegd.
In 2018 werd op initiatief van VVG Mol en Battle for the locks zijn familie uitgenodigd en zijn naam op de gedenksteen voor Franse militairen bijgezet.
Ook de familie van Henri Lavigne was daarbij vertegenwoordigd.
Gedenksteen voor Franse militairen Boulevardpark van Mol.
De familie Mondon tijdens de inhuldiging.